Financiële gevolgen bestaand en nieuw beleid

Uitkomst begroting 2017
In de Voorjaarsnota 2017 verwachtten we nog een voordelig saldo van € 62.583,00. De concept-begroting 2017 sluit met een nadelig saldo van € 112.955,00, een nadelig verschil van afgerond € 175.500,00.Dit nadeel is een gevolg van onderstaande mutaties.

Nadelige mutaties:

Voordelige mutaties:

Samengevat:

ad e   rente taakveld riolering
Conform bestendig beleid werden de investeringen in riolering (investering in economisch nut) geactiveerd via de annuïteitenmethode. Hierover is gekozen omdat tegenover een gelijkmatige bate bij voorkeur ook een gelijkmatige kapitaallast gewenst is. Bij het kiezen voor een annuïteit wordt de annuïteit bepaald op basis van het dan geldende rentepercentage en de looptijd van de investering.
Dit betekent dat er in de staat van vaste activa investeringen staan met een uitzonderingsrentes die variëren tussen de 2,75% en 9%.
Op basis van de totale boekwaarde per 1 januari 2017, bijna 19,1 miljoen voor rioleringen, komen we uit op een rentelast van € 1.1 miljoen en dat betekent een gemiddelde rente van 5,75%.
Op basis van de rentenotitie dient rente omgeslagen te worden  via een renteomslagpercentage en voor de begroting 2017 is dat een percentage van 2,5%. Dat betekent een verschuiving van de rentelast van € 620.000,00 die we niet meer mogen toerekenen aan riolering en dus het rioolrecht maar dit belast de andere taakvelden in de algemene dienst.
Verder dienen alle annuïteiten  (ruim 100) herrekend te worden tegen een annuïteit van 2,5% en de restant looptijd. De kapitaallasten dalen per saldo met € 463.000,00, (lagere rentelasten ad € 620.000,00 en hogere afschrijvingslasten ad € 157.000,00  vanwege de herberekening van de annuïteit).
Omdat de kapitaallasten toegerekend worden aan het eigenarentarief van het rioolrecht kan op basis van het aantal aansluitingen van 10.500 dit tarief verlaagd worden met € 44,00.
Echter het tarief is nog niet kostendekkend want op basis van het v-Grp zou eerst kostendekkendheid bereikt worden in 2020. In 2016 wordt een bedrag van € 335.000,00 ingezet om riolering budgettair neutraal te verwerken. Gelet op bovenstaande wordt kostendekkend al bereikt in 2017 als het tarief niet wordt verlaagd met € 44,00 maar met € 14,30.

ad f   rente taakveld afval
Voor de berekening van de kapitaallasten is uitgegaan van een uitzonderingsrente van 6,00%. Ook hier treedt een verschuiving van de rentelasten op en worden de afschrijvingslasten in 2017 hoger. De verschuiving van de rente betekent een last van € 38.000,00.

ad g   rente grondexploitatie
Tot en met de begroting 2016 werd een rente toegerekend aan de grondexploitaties van 4% en dat was ook het maximum dat de provincie in de kaderbrief heeft aangegeven.
In het kader van de notitie rente grondexploitatie is voor de grondexploitaties voor 2016 uitgegaan van een rentepercentage van 1,58% en op basis van de voorlopige jaarrekening 2015 en de leningenportefeuille 2017 is in de Voorjaarsnota 2017 een rentepercentage genoemd van 1,33%.  De rente voor de begroting 2017 komt uit op 1,23%.
Omdat per 1 januari 2017 uitgegaan wordt van een negatieve boekwaarde dient de algemene dienst over de boekwaarde een rente te betalen aan de grondexploitatie van 1,23%.

In de begroting 2016 is nog een rentepercentage gehanteerd van 4% als te ontvangen van de grondexploitatie (4% van € 3.830.000,00 is € 153.200,00) en in 2017 dient nu op basis van de negatieve boekwaarde een bedrag betaald te worden van € 53.610,00 ( 1,23% van € 4.358.000,00).
Echter tegenover de wegvallende vergoeding door de grondexploitatie staat het vervallen van de rentelasten van 2,75 x € 3.830.000,00 zodat per saldo het nadeel is 1,25 % van de boekwaarde is € 48.000,00.

ad s   dekking te betalen rente de Boschkens
Gelet op de stand van zaken van de boekwaarde van de grondexploitatie van de Boschkens dient de algemene dienst een rente te vergoeden aan het complex de Boschkens. Op basis van de boekwaarde en het rentepercentage van 1,23% komt dat neer op een bedrag van afgerond € 86.000,00. Voor 2017 wordt deze te betalen rente gedekt door hiervoor de algemene reserve grondexploitatie aan te wenden.

ad v   raming halve kapitaallasten 2017
In de begroting worden voor de kapitaallasten van de nieuwe investeringen de bruto methode gevolgd.
Dat betekent dat de volle kapitaallasten worden geraamd. Omdat er sprake is van onderuitputting van de kapitaallasten in het eerste jaar werd tot en met 2016 een correctie geraamd door een stelpost te ramen onder de baten van de helft van de kapitaallasten. Omdat we tot en met 2016 opteerden voor een structureel en reëel in evenwicht zijnde begroting in het eerste jaar werd dit eenmalig voordeel gestort in de awr. Omdat we nu opteren voor een sluitende meerjarenbegoting waarbij het laatste jaar structureel en reëel in evenwicht is mag de eenmalig bate in 2017 als eenmalig voordeel meegenomen worden.

ad w   raming ozb verhoging
Gelet op de notitie rente en de notitie overhead  kan er minder toegerekend worden aan de taakvelden riolering en afval. Dit betekent een verschuiving van deze kosten naar de algemene dienst. Om deze last in de algemene dienst op te vangen wordt de ozb met 4,15% verhoogd.

Incidentele lasten en baten in de begroting 2017

De incidentele baten zijn verantwoord op taakveld 010 Reserves, beschikking over de AWR behalve de incidentele bate, onderuitputting kapitaallasten ad € 48.315,00 die bij de overige lasten en baten is geraamd (taakveld 0.8 overige lasten en baten)
Voor het "nieuwe" beleid wordt voor incidentele uitgaven beschikt over de algemene weerstandsreserve. Zie onderstaand overzicht.

Extra incidentele exploitatielasten in de begroting 2017

Jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume
Salariskosten bestuur
De salariskosten voor het gemeentebestuur vallen uiteen in de salariskosten van de Gemeenteraad, het College, de lokale rekenkamer en de griffie. Ten opzichte van vorig jaar wijken de ramingen nauwelijks af.

Salariskostenontwikkeling
De salariskosten stijgen ten opzichte van de begroting 2016 met € 160.500,00 hetgeen een stijging is van 2,11%. In de berekening van de salarissen voor 2017 is rekening gehouden met de periodieke verhoging voor de medewerkers en is rekening gehouden met een stijging van de salarissen van 1% ten opzichte van het salarisniveau april 2016. De stijging wordt voornamelijk veroorzaakt door de uitbreiding van de formatie van per saldo met 2,72 fte.

Salariskosten voormalig personeel
In 2017 heeft de raming betrekking op een personeelslid die gedeeltelijk is afgekeurd en de gemeente is eigen risicodrager.

Investeringen, onderscheiden in investeringen met economisch nut en investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut

Overzicht reserves

In 2015 is het BBV gewijzigd  en als gevolg daarvan is de Notitie rente verschenen van de commissie BBV.
Alhoewel in het BBV de mogelijkheid vooralsnog blijft bestaan om een rentevergoeding (of een vergoeding voor de inflatie) over het eigen vermogen te berekenen en deze door te belasten aan de taakvelden adviseert de Commissie BBV vanwege het verlangde inzicht, de eenvoud en transparantie deze systematiek niet (meer) toe te passen.
Als er wel een rentevergoeding over het eigen vermogen wordt berekend, dan moet deze vergoeding op een realistisch niveau liggen. Daarom mag deze vergoeding maximaal het rentepercentage zijn dat door de gemeente over extern aangetrokken financieringsmiddelen wordt vergoed. Aangezien het hierbij veelal om een samenstel van meerdere langlopende en kortlopende leningen gaat, zal hiertoe een gewogen percentage moeten worden berekend.
Gelet op de besluiten in het verleden om rente toe te voegen aan bepaalde reserves en ook omdat een deel van de  bespaarde rente als structureel dekkingsmiddel in de begroting is verwerkt is er voor gekozen om rente toe te rekenen aan het eigen vermogen. Het percentage voor 2017 komt uit op 2,29%.

Overzicht van de geraamde toevoegingen en onttrekkingen aan reserves per programma

Overzicht voorzieningen